Generaties 2

add close

Een verzameling chromosomen wordt een karyogram of chromosomenportret genoemd. Je ziet een karyogram van een vrouw (links) en een karyogram van een man (rechts).

Beiden hebben 23 paren. Dus 46 chromosomen. Misschien valt je al op dat ze bij een man niet bestaan uit 23 gelijke paren.

add close

In de kern van een cel zitten 46 chromosomen. 
In dit voorbeeld zie je 4 chromosomen (2 paren) in plaats van 46 chromosomen.

1 Voor een cel zich deelt, verdubbelt ieder chromosoom zich. Ieder chromosoom bestaat dan uit twee gelijke draden (chromatiden) die aan elkaar vast zitten.

2 De chromosomen gaan in het midden liggen. Trekdraden trekken de twee helften van elk chromosoom uit elkaar.

3 De ene helft van het chromosoom gaat naar boven, de andere helft naar beneden.

Vervolgens begint de cel zich in te snoeren en deelt zich in tweeën. Er ontstaan twee nieuwe cellen. Om beide groepjes chromosomen komt een nieuw kern-membraan. Je hebt twee nieuwe cellen met ieder, net als de begincel, 46 chromosomen.

add close

De laatste twee chromosomen in het karyogram zijn de geslachtschromosomen.

De geslachtschromosomen van een vrouw bestaan uit twee X-chromosomen.

Een man heeft één X-chromosoom en één Y-chromosoom (zie karyogram).

add close

In de afbeelding zie je links een vrouwelijke cel met 4 chromosomen (=2 paar) en rechts een mannelijke cel met 4 chromosomen. Na de meiose zijn er geslachtscellen (eicel en zaadcel) ontstaan met ieder 2 chromosomen. Bij de bevruchting smelten de geslachtscellen samen en ontstaat er een cel met opnieuw 4 chromosomen.

add close

In de spiercellen, haarcellen, wangcellen, botcellen, enzovoort van een mens bevinden zich dezelfde 46 chromosomen, 23 paren. Deze cellen zijn allemaal ontstaan door gewone celdeling of mitose.
Er is één soort cellen die geen chromosomenparen bevat, namelijk de geslachtscellen.

Chromosomen Gewone celdeling of mitose

Lichaamscellen delen voortdurend zo ontstaan nieuwe cellen. Je kunt hierdoor groeien en eventuele schade aan je lichaam wordt hersteld.

De mitose (gewone celdeling) is het proces waarbij een cel deelt en twee identieke cellen ontstaan. Beide cellen hebben dus hetzelfde aantal chromosomen als de moedercel.

Een kern kan niet zomaar in tweeën worden gedeeld. Lichaamscellen met 46 chromosomen bevatten ook na het delen 46 chromosomen. De chromosomen worden eerst verdubbeld en daarna over beide cellen verdeeld.

Een gemiddelde celdeling duurt bij een mens ongeveer 20 uur. Het duurt dan wel even voordat er een mens ontstaat die uit ongeveer 100.000.000.000.000 (= 100 biljoen) cellen bestaat.

Geslachtscellen en bevruchting

Er is één soort cellen die geen chromosomenparen bevat, namelijk de geslachtscellen. Geslachtscellen bevatten 23 chromosomen. Van ieder chromosomenpaar bevindt zich er één in de geslachtscellen.

De celdeling waarbij geslachtscellen ontstaan noem je de meiose of reductiedeling. 

Na de bevruchting is er een cel ontstaan met weer het volledig aantal chromosomen. In de nieuwe cel is het DNA van de twee organismen gecombineerd.
Er is sprake van geslachtelijke voortplanting.

In de kern van cellen van mensen bevinden zich 46 chromosomen. Dat is zo in alle lichaamscellen, dus spiercellen, haarcellen, wangcellen, botcellen, enzovoort. Als je die 46 chromosomen rangschikt zie je dat er steeds twee bij elkaar horen.
Je spreekt daarom van 23 chromosomenparen.

Rotate your tablet/phone for the best view.