Reservestoffen
Reservestoffen zijn niet direct nodig als bouwstoffen of brandstoffen. Ze worden opgeslagen in bepaalde delen van je lichaam. Tenslotte zorgen de voedingsstoffen ervoor dat je gezond blijft.
Voeding deel 1
Beschermende stoffen
Een tekort aan bepaalde mineralen en vitamines kan ziekte veroorzaken. Mineralen en vitamines zijn beschermende stoffen.
Koolhydraten
Koolhydraten dienen vooral als brandstof, maar kunnen ook als bouwstof en reservestof gebruikt worden.
Eiwitten
Eiwitten dienen vooral als bouwstof, maar kunnen in noodgevallen ook als brandstof gebruikt worden.
Dat gebeurt alleen als je niet genoeg brandstoffen in je lichaam hebt. Dat is niet goed voor je, je krijgt daardoor een tekort aan bouwstoffen.
Eiwitten zijn geen reservestof. Ze worden dus niet in het lichaam opgeslagen.
Water
Water is een belangrijke bouwstof en wordt gebruikt voor het transporteren van stoffen.
Vetten
Vetten dienen vooral als brandstof en reservestof, maar kunnen ook als bouwstof worden gebruikt. Vetten kunnen worden opgeslagen.
Mineralen en vitaminen
Mineralen (zouten) vervullen in het lichaam vooral de functie van bouwstof en beschermende stof.
Vitaminen vervullen in het lichaam vooral de functie van beschermende stof en bouwstof.
Voorbeelden van mineralen zijn Calcium (Ca), IJzer (Fe), Natrium (Na) en Kalium (K). Mineralen heb je nodig voor de opbouw van je botten. Maar bijvoorbeeld ook voor het aanmaken van rode bloedcellen.
Vitaminen worden vaak weergegeven met een letter. Je hebt vitamine A, vitamine B, etc.
Als je te weinig vitaminen van een bepaald soort binnen krijgt, kun je de gebreksziekte krijgen. Krijg je bijvoorbeeld te weinig vitamine A binnen, dan kan nachtblindheid (slecht zien in het donker) het gevolg zijn.
Voedingswaarde
Op het etiket staat de voedingswaarde vermeld. De voedingswaard wordt gegeven per 100 gram of 100 ml van het voedingsmiddel.
Energie
Op de verpakking staat aangegeven hoeveel energie (in calorieën en in Joules) het product per 100 gram levert.
Voedingsstoffen
Op de verpakking staat hoeveel eiwitten, vetten en koolhydraten in het voedingsmiddel zitten.
Ook de hoeveelheid mineralen en vitaminen staan op het pak vermeld.
ADH = Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid
De ADH is de hoeveelheid die aangeeft hoeveel je dagelijks ongeveer van een bepaalde voedingsstof nodig hebt.
E-nummers
Op het etiket staat welke additieven (E-nummers) er aan het voedingsmiddel zijn toegevoegd.
Voorbeelden van additieven zijn kleurstoffen en conserveermiddelen.
Voedingsvezels
Voedingsvezels zijn plantaardige stoffen die niet in de dunne darm van de mens worden verteerd.
Voedingsvezels zijn belangrijk voor een gezonde spijsvertering en ze geven je een ‘vol’ (verzadigd) gevoel na het eten.
Bouwstoffen
Bouwstoffen zijn nodig voor groei, ontwikkeling en herstel van je lichaam.
Brandstoffen
Brandstoffen leveren energie. Alle organen in je lichaam hebben energie nodig om te kunnen werken. Voor alle bewegingen die je maakt is energie nodig. Ook voor het op peil houden van je lichaamstemperatuur en voor groei, ontwikkeling en herstel van je lichaam is energie nodig.
Voedingsstoffen hebben in het lichaam verschillende functies.
Ze kunnen dienen als bouwstof, brandstof, reservestof en beschermende stof.
Je hebt van alle groepen voedingsstoffen nodig om gezond te blijven.
Koolhydraten, vetten en eiwitten heb je nodig voor de groei en ontwikkeling van je lichaam.
Daarnaast heb je deze voedingsstoffen nodig als brandstof (energie).
Voedingsstoffen hebben in het lichaam verschillende functies.
Hoeveel heb je nodig?
Voor het samenstellen van een gezonde maaltijd gebruik je de Schijf van vijf.
In de Schijf van vijf vind je voedingsmiddelen met veel dezelfde voedingsstoffen bij elkaar geplaatst. Van de voedingsmiddelen uit de kleine vakken heb je minder nodig dan van de grote vakken.
Als je eet volgens de Schijf van vijf krijg je de voedingsstoffen binnen die je nodig hebt.
Vitaminen en mineralen zijn beschermende stoffen.
Op de verpakking van een voedingsmiddel staat precies wat er in het voedingsmiddel zit. Er staat op welke voedingsstoffen in het voedingsmiddel zitten, maar er staat ook op hoeveel energie erin zit. Deze informatie noem je productinformatie.
Alle producten die je eet zijn voedingsmiddelen.
In voedingsmiddelen zitten voedingsstoffen. Voedingsstoffen zijn de bruikbare bestanddelen van voedingsmiddelen. Er zijn zes soorten voedingsstoffen.